Een verdachte die in aanraking komt met justitie heeft direct behoefte aan juiste informatie en juridisch advies. De strafrechtadvocaat geeft antwoord op alle vragen en verzorgt de noodzakelijke juridische begeleiding. In het strafrecht beoordeelt de strafrechter of iemand een strafbaar feit heeft gepleegd en daarvoor gestraft moet worden. Hierbij geldt dat de verdachte onschuldig is totdat het tegendeel bewezen is. De strafpleiter waakt over de rechten van de verdachte. De snelheid van de procedure voor de strafrechter is afhankelijk van de complexiteit en ernst van de strafzaak.
Nadat de zaak tijdens de zitting inhoudelijk is behandeld en het onderzoek is gesloten, doet de rechter doorgaans direct of binnen 2 weken schriftelijk uitspraak.
Bij een strafrechtelijke procedure betaalt de verdachte de kosten voor een advocaat. Om voor een pro deo advocaat strafrecht in aanmerking te komen, is het van belang dat het inkomen van de verdachte binnen de wettelijk vastgestelde grenzen valt.
Een advocaat is meestal een noodzakelijk kwaad. Zeker een strafrechtadvocaat. Toch is het voor een verdachte van een strafbaar feit maar goed dat er strafpleiters zijn.
Een strafpleiter houdt in de gaten of tijdens de opsporingsfase in verband met de strafzaak alles volgens de regelgeving verloopt. De strafpleiter bereidt samen met de verdachte de rechtszitting voor en de strafpleiter mag ook aanwezig zijn tijdens het verhoor.
Veel voorkomende strafbare feiten
Er zijn kort gezegd twee soorten strafbare feiten:
Overtredingen zijn kleinere vergrijpen, lichte strafbare feiten. Bij vervolging van overtreding wordt de zaak veelal behandeld door de kantonrechter of de politierechter. Misdrijven zijn zwaardere vergrijpen dan overtreding. In het wetboek van strafrecht staat omschreven welk strafbaar feit een overtreding is en welk strafbaar feit tot de categorie misdrijven behoort.
Indeling van het wetboek van strafrecht
Het wetboek van strafrecht is ingedeeld in drie hoofdstukken:
Indeling van overtredingen
De overtredingen zijn in het wetboek van strafrecht ingedeeld in categorieën:
Indeling van misdrijven
De misdrijven zijn in het wetboek van strafrecht als volgt ingedeeld:
Strafrichtlijnen
Om te voorkomen dat door rechters verschillende straffen voor dezelfde overtredingen of misdrijven worden opgelegd, zijn er specifieke strafrichtlijnen opgesteld. Deze richtlijnen geven per strafbaar feit een indicatie aan van de straf die bij een bewezenverklaring opgelegd kan worden.
De strafrechter is niet verplicht om zich te houden aan deze richtlijnen, het is slechts een indicatie. De strafrechter bepaalt uiteindelijk welke straf er opgelegd wordt.
Enkele veel voorkomende misdrijven uit het wetboek van strafrecht en de daarbij behorende strafrichtlijnen zijn:
Openlijke geweldpleging
Openlijke geweldpleging is een strafbaar feit dat gezamenlijk wordt gepleegd (in groepsverband). Het gaat bij openlijke geweldpleging om de verstoring van de openbare orde door in vereniging geweld tegen personen of goederen te plegen.
Bijvoorbeeld:
Bij openlijke geweldpleging straf de rechter alle betrokkenen ongeacht hun aandeel. Dit houdt in dat ook ingeval een verdachte geen handelingen heeft gericht, zijn of haar aanwezigheid wel tot strafoplegging kan leiden.
De wet bepaalt namelijk dat bij openlijke geweldpleging van de betrokkene verwacht wordt dat hij / zij dit misdrijf voorkomt of in ieder geval op geen enkele wijze hierin betrokken raakt.
Voor openlijke geweldpleging hanteert de rechter de volgende strafrichtlijnen:
In de rechtspraktijk komt het ook vaak voor dat de strafrechter de dader bestraft met het opleggen van taakstraffen. Dit hangt af van de omstandigheden van de verdachte.
Meineed
Meineed is het in strijd verklaren met de waarheid terwijl die persoon onder ede staat, zoals bij een getuigenverhoor. Dit geldt niet voor de verdachte alhoewel aantoonbaar liegen niet bepaald bevorderlijk is voor de geloofwaardigheid en zelfs kan leiden tot een zwaardere straf.
De strafrichtlijn voor dit misdrijf is 12 weken gevangenisstraf.
Verkrachting
De strafrichtlijn voor verkrachting bedraagt 24 maanden onvoorwaardelijke gevangenisstraf. De omstandigheden kunnen van invloed zijn op de hoogte van de straf. Voorbeelden van deze omstandigheden zijn:
Mishandeling
Het wetboek van strafrecht vermeldt verschillende soorten mishandeling. Van lichte mishandeling (eenvoudige mishandeling) tot mishandeling de dood ten gevolge hebbend.
Van eenvoudige mishandeling is al snel sprake. Bij het veroorzaken van pijn aan een ander, is al snel sprake van eenvoudige mishandeling. Of er sprake is van eenvoudige mishandeling of zware mishandeling, hangt met name af van het letsel van het slachtoffer. Bestaat dit alleen uit pijn of zeer gering letsel zoals een schram, een schaafwondje of een dikke lip dan zal het meestal een eenvoudige mishandeling opleveren. Ingeval het letsel een medische behandeling behoeft, zoals een medische behandeling, dan wordt lichamelijk letsel aangenomen bij voorbeeld in het geval van forse kneuzingen en het hechten van wonden.
Is er letsel waarbij de herstelperiode ca. zes maanden bedraagt, dan is er sprake van middelzwaar lichamelijk letsel. Onder zeer zwaar lichamelijk letsel valt letsel waarvan het herstel langer duurt dan zes maanden of waarbij geen volledig herstel zal zijn. Ook levensbedreigend letsel valt in deze categorie.
De strafrichtlijnen hiervoor zijn:
Diefstal
Voor diefstal gelden de volgende strafrichtlijnen:
Bovengenoemde richtlijnen zijn slechts een indicatie; de strafrechter is er zeker niet aan gehouden. In de praktijk zal de strafrechter bij een bewezenverklaring van het strafbare feit rekening houden met de omstandigheden van de verdachte, zoals leeftijd en scholing, culture en maatschappelijke achtergrond, documentatie (strafblad) en alle persoonlijke omstandigheden. In voorkomende gevallen wordt nog een reclasseringsrapport dan wel een psychiatrisch rapport opgesteld.